dinsdag 9 oktober 2012

Mens en medemens - Extra materiaal

Picking people up.

Waarom zouden we moeten neerkijken op de mensen.
We zijn er om elkaar te helpen.







Jezelf en de medemens

Geschreven door Jacques Smeets | woensdag, 22 december 2010 21:12
- http://www.deblauwediender.nl




Als iedereen aan zichzelf denkt, wordt niemand overgeslagen

Wat ’n vreemde uitspraak, nietwaar? Of toch niet? Je hoeft geen antroposoof te zijn om tot zo’n uitspraak te komen, in onze huidige maatschappij denken velen alleen maar aan zichzelf, daar lijkt het tenminste op. Toch zal iedereen ook wel eens aan een ander denken, we leven per slot van rekening allemaal met elkaar samen op deze wereld, nietwaar?
In mijn beleving verdiepen zich veel mensen niet of nauwelijks in hun rol als individuele mens in samenhang met de ontwikkelingsweg van de mensheid in zijn geheel. We individualiseren steeds meer, wordt overal gezegd. We produceren, consumeren, materialiseren en hebben geen oog meer voor onze medemens. Spiritualiteit is te vaag, iets voor zwevers, voor mensen die de realiteit uit het oog hebben verloren, zijn vaak van die vooroordelen.
Het ontbreekt ons aan respect, normen en waarden en verantwoordelijkheid, hoor ik politici en zelfs de koningin zeggen. Het wordt tijd voor verandering, lees ik op spirituele sites.

Ik ben geen antroposoof, heb me wel ’n tijdje geleden aangemeld voor een proefabonnement op het maandblad Motief. Voor mij een zeer interessant blad en als ik erin lees en mij ’n beetje verdiep in de betekenis van de antroposofie, dan blijkt dat ik een antroposofische instelling heb. Als politieman leef ik uiteraard in een bepaalde werkelijkheid, maar ik verdiep mij ook al sinds jaar en dag in fundamentele vraagstukken en zeker in mijn rol als individuele (politie)mens in samenhang met de ontwikkelingsweg van de mensheid in zijn geheel. Ik heb leren inzien dat mijn beroepskeuze deelt uitmaakt van een zinvolle ontwikkeling en ik trof daarin een eigen opdracht aan, namelijk die van een bewustwordingsproces. Ik vond en vind zelf antwoorden en inzicht in deze ontwikkeling. Ik wil daarmee niet zeggen dat dit waarheid is, het is slechts mijn unieke persoonlijke bewustwording van iets waarvan ik mij voorheen niet bewust was.

Het doet goed te vernemen dat de antroposofie ons methoden aanreikt om de spirituele kant van ons bestaan te leren kennen en onderzoeken. Ik maak daar dankbaar gebruik van, ook al kan ik niet zeggen hoe die methoden er precies uitzien. Mijn gevoel zegt echter, dat ik al jaren op een methodische wijze bezig ben met het leren kennen en verklaren van de niet-materiële werkelijkheid die een geheel vormt met alles wat onze fysieke zintuigen kunnen waarnemen. Lichaam en geest vormen in mijn optiek al jarenlang een onlosmakelijk geheel. In de esoterische psychologie vind ik wegwijzers die mij verder helpen op die ontwikkelingsweg en in de wetenschappelijke psychologie krijgen de theoretische begrippen meerdere betekenissen. Ontwikkelingen in de economie, de zorg, het onderwijs en de veiligheid geven mij nieuwe creatieve impulsen om mij te uiten.
Door met name werkzaam te blijven binnen het politieberoep sta ik met beide benen midden in de werkelijkheid van alledag. In en door mijn werk weet ik mij te ontplooien. Het dienstbare en hulpverlenende aspect zorgen er vanzelf voor dat ik mij kan inzetten voor de ander. Daarmee ben ik al zo’n 38 jaar bezig.

Mijn visievorming droeg er ook toe bij dat ik oog kreeg voor veranderingen, zoals bijvoorbeeld de individualisering van de samenleving.
We richten ons meer op de medemens dan dat we aan onszelf denken.
Zo verliezen we ons zelf uit het oog, er zijn nu al zoveel mensen die zichzelf niet meer kennen, laat staan zichzelf zijn. Van de andere kant is het ook zo dat wanneer iedereen aan een ander denkt, er niemand wordt overgeslagen, jij zelf ook niet, want iemand anders denkt aan jou. Zo simpel zal het zeker niet zijn, anders zou geen mens meer zorgen hoeven te hebben, want er zou altijd wel iemand zijn die aan je denkt. Dus, aan jezelf of aan elkaar denken is niet voldoende, daar redden we de wereld niet mee, zo dat al mogelijk zou zijn.
Moeten we dan meer mededogen tonen voor de mensen die lijden onder armoede, oorlog en terrorisme of moeten we juist meer strijd gaan voeren tegen diezelfde armoede, oorlog en terrorisme? Is het de bedoeling dat de rijken nog meer voedsel, medicijnen en geld geven aan de armen en moet de wapenindustrie nog harder gaan draaien? Moeten kerk en staat de handen in elkaar gaan slaan om het hoofd te bieden aan allerlei mondiale dreigingen?

Met Kerstmis en Nieuwjaar wensen we elkaar vrede, geluk en liefde toe, niet alleen aan onze dierbaren, naar ook aan alle mensen op de wereld. Intussen laden wij ons vol met materialistische zaken, eten ons buikje rond en genieten van het vuurwerk en het wereldwijde feestgedruis rond de nieuwjaarswisseling. Elders ter wereld sterven mensen van de honger of maken elkaar op de meeste gruwelijke manieren af omdat ze wel of niet geloven in idealen, demagogisch gekrakeel of machtsvertoon en onderdrukking. Tegelijkertijd spreken ons Koningin, wereldleiders en de Paus vermanend toe dat we meer mededogen moeten tonen voor de medemens, dat wij aandacht moeten schenken aan de ander. Verdraagzaamheid, verantwoordelijkheid, respect en nog meer van die zwaarwegende begrippen worden via de beeldbuis de woonkamer in geslingerd. Zij dalen neer over de wafels en oliebollen en verdampen in de gebakken lucht, die door ons zelf gecreëerd werd.

Het is om dol van te worden en het is ook nooit goed in de ogen van anderen.
In mijn ogen is alles in orde, zoals het is, mijn wereld en de wereld om mij heen zijn helemaal in orde, hetgeen niet betekent dat alles goed, eerlijk en betrouwbaar zou zijn. Ik zie ook wel dat mensen zichzelf niet onder controle hebben, dat zij het druk hebben met werk, carrière, gezin en materiële zaken, dat er wordt bedrogen, gecriminaliseerd en geradicaliseerd.
Ik zie mensen hun greep op zichzelf verliezen, dat overkwam mij ook, ik verloor de zingeving in mijn werk, maar was wel bij machte om nieuwe zingeving te vinden. Ik was ontevreden met mezelf, maar leerde mezelf liefhebben en te vertrouwen. Ik was boos, geërgerd en soms zelfs agressief, maar wist dit om te keren in rust, begrip en liefdevol handelen. Ik was ernstig ziek en wist weer gezond te worden. Ik leerde mijn innerlijke stuurman te vinden en die wees mij de weg.

Ik luister rond de jaarwisseling met volle aandacht naar de woorden van de Paus, de wereldleiders of onze Koningin, ik geniet van de kerstsfeer en het vuurwerk, de oliebollen en de wafels. Ik ben blij voor de mensen die ik blij zie zijn en als ik zie hoe mensen elkaar verwoesten en vernietigen in de wereld dan denk ik: “de mens vernietigt zichzelf, behalve de mens die leeft.”
Maar ja, dat zijn subjectieve waardeoordelen. Wat ik bedoel met in orde is een universele betekenis van natuurlijke wetmatigheden. In die zin leef ik in vrede en harmonie met alles en iedereen, rijk of arm, gezond of ziek, levend of dood. Ik leef materialistisch én spiritueel, polair en in eenheid, analoog en digitaal. Ik zie analoge samenhangen tussen verschillende niveau’s, b.v. tussen de ontwikkeling van de kankercel t.o.v. het orgaan en de ontwikkeling van de individuele mens t.o.v. de problemen die de gehele mensheid aangaan (milieu, economie, oorlog en terreur, zorg etc.). Ondanks deze inzichten leef ik als een doodgewoon mens tussen de mensen.
Ik meld me op een dag bijvoorbeeld op het actiepunt van de gezamenlijke politiebonden, die mede namens mij strijd voeren voor een beter salaris. Op een andere dag kruip ik achter de p.c. om deze tekst te schrijven. Tussendoor doe ik boodschappen, ga ik naar het toilet, laat ik de hond uit, heb ik seks, ga ik werken, help mijn zoon bij het opknappen van hun pas gekocht huis en eet ik een pizza van bij de slager.

Het gaat ‘m om de visie. Die van mij is niet meer dan zoiets als een mengeling van esoterische psychologische beschouwingen, waarvan ik meen te veronderstellen dat het een visie is, die betekenisvol is. Ik realiseer me dat anderen hier totaal niets mee kunnen, dat zij dit ver van zich afgooien, negeren of zelfs verketteren, alhoewel ik zeker weet dat zich ook veel mensen verdiepen in soortgelijke thema’s. Ondanks dat blijft mijn visie een totaal andere dan die van bijvoorbeeld de moderne wetenschappen.
Of mijn visie een antroposofisch karakter heeft? Ik denk het wel, afgaande op de betekenis uit het Grieks, die antroposofie beschrijft als mens-wijsheid. Het is de wijsheid van mij als mens, zoals ik die zelf heb ontwikkeld aan de hand van allerlei leermethoden, theorieën, gesprekken, maar bovenal aan de hand van mijn levens- en beroepservaringen. Het is geen moderne wetenschap, daarvan ben ik wel doordrongen. De meeste moderne wetenschappers denken immers uitsluitend functioneel. Lange tijd heb ik ook gedacht dat ik alleen maar functioneel kon denken, maar gaandeweg de jaren en ontwikkeling leerde ik de dingen op een andere manier te bekijken.
Ik leerde fantaseren, mezelf iets wensen, dagdromen, duiden en beschouwen en ik kwam tot de conclusie dat dit helemaal niet erg of verkeerd is. Ik begreep dat er dingen te verklaren en te bewijzen zijn en dat dit ook niet mogelijk kan zijn. Als politieman was ik al decennia lang, samen met tienduizenden collega’s, bezig met het bemiddelen in conflicten, het aanhouden van raddraaiers en geweldplegers, verkeer regelen, het vergaren van bewijs en het opnemen van verklaringen. Al met al heeft dit niet geleid tot beëindiging van de criminaliteit, verkeersopstoppingen, geweld en conflicten, hoe zeer ik en iedere collega dat ook wensten en hoe hevig wij daartegen strijd voerden.
Vanuit die gedachte kwam ik tot het besef dat naast de wetenschappelijke benadering altijd een esoterische bestaat. De esoterie denkt inhoudelijk, zij leerde mij naast het hoe ook naar het waarom kijken. Dat is uiteraard wel een antroposofische instelling, dunkt me. Zo ontspon zich aan mij een wereld van zinrijkheid die ik ging zien als een soort verbinding met alles wat ik met mijn zintuigen kon zien, horen, voelen, proeven en ruiken. Die verbinding zou je kunnen zien als het zesde zintuig.

Ik werd opeens de tegenpool van jij en samen waren we een, we zijn allebei mens en tegelijk ó zo verschillend. Maar we maken ook deel uit van de mensheid. Geleidelijk aan ging ik mij zo ten opzichte van een verdachte, getuige of aangever zien. Niet zo eenvoudig als je bedenkt dat ik mij in een wereld van geweld, haat, moord, afgunst, bedreiging, diefstal en mishandeling bevond.
De uitdrukking “als iedereen aan zichzelf denkt, wordt niemand overgeslagen”was aan die verdachte niet besteed, voor mij kreeg hij een bijzondere betekenis.

Mijn kennis van het persoonlijke inzicht is echter niet voor anderen toegankelijk of overdraagbaar. Het zijn mijn persoonlijke ervaringen en gevoelens en als ik daar iets over vertel dan kun jij dat wel of niet geloven, maar je zult ze nooit ervaren of voelen, met andere woorden, je zult nooit weten wat er in mij omgaat. In die zin is datgene wat ik bij de onderhavige uitdrukking ervaar, zeer persoonlijk. Het is mijn weg van ontwikkeling, van bewustwording.
Mijn overdracht heeft meer het karakter van iets aanreiken aan de ander. Als die ander in een toestand verkeert waarin openstelling voor mijn visie mogelijk is, zou het kunnen zijn dat die ander een ontwikkelingsimpuls krijgt.

Als er al een God zou bestaan, zou die dan de code hebben die toegang biedt tot de kennis van de esoterie of heeft hij hem aan de wetenschap uitgeleend, opdat zij hem kunnen kraken? Wellicht zit die code in elk mens opgeslagen, moeten wij er ons naartoe ontwikkelen, ieder op zijn of haar manier. Zou er überhaupt een God aan te pas komen?
Hier en daar wordt de code metaforisch omschreven, zoals b.v. in de Bijbel (“en het licht scheen in de duisternis, maar de duisternis heeft het niet begrepen”).
De moderne wetenschap en velen onder ons hebben die code al verwezen naar het land der fabelen. Vandaar dat ik er af en toe eens op bezoek ga.
Is zeer aan te bevelen. God zal het mij niet kwalijk nemen, liet hij me weten.
Ik heb namelijk geen schuldgevoel.



Deze tekst vond ik tijdens mijn zoektocht op internet.  Het is een tekst geschreven door een politie-agent.  
Het verwoord veel van de dingen die ik ook 'geloof'.  Zoals dat iedereen zijn eigen geloof heeft eigenlijk, de persoonlijke ervaringen en gevoelens beïnvloeden hoe je tegenover dingen staat en wat je interpreteert in bepaalde zaken (teksten, godsdiensten,...)

We individualiseren alsmaar meer, in plaats van samen te leven.  Daaruit vloeit volgens mij ook het feit dat er almaar meer mensen zijn die hun greep op de wereld verliezen, daardoor zien we ook dat zelfmoord (familiemoord/...) meer en meer in het nieuws komen. 


**************






Geen opmerkingen:

Een reactie posten